Uw browser laat geen javascript toe. Om die reden zijn bepaalde functionaliteiten niet voorhanden.
Naar de inhoud van deze pagina

Over de Aangifte van Werken 30ter

Voor welke werken en diensten moet een melding gebeuren?

De melding is verplicht voor de werken en diensten beschreven in het koninklijk besluit van 7 november 1983 houdende oprichting van het paritair comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten.

De melding is verplicht voor sommige activiteiten van de vleessector.

Wie moet de melding doen?

De melding moet gedaan worden door de aannemer op wie de opdrachtgever een beroep doet.

Wanneer moet de melding gedaan worden?

De melding moet vóór het begin van de werken worden gedaan.

Bestemming van de melding

De melding van de werken 30ter wordt aan de RSZ gericht.

Draagwijdte van de bepalingen voor de vleessector

De paritaire comités bevoegd voor de vleessector verduidelijken dat de bepalingen van artikel 30ter van de wet van 27 juni 1969 betrekking hebben op de activiteiten in verband met vleesbereidingen of vleesproducten en het slachten of uitsnijden van hoefdieren, gevogelte en konijnen in inrichtingen onderworpen aan de erkenning (erkenningen, toelatingen en voorafgaande registraties) van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV). De gedetailleerde lijst van werkzaamheden vindt u in het Bericht aan de aannemers en de opdrachtgevers.

Rol van de optredende partijen

  • Het slachthuis, de uitsnijderij of het bedrijf voor vleesbereidingen en/of bereidingen van vleesproducten treedt tegelijkertijd als opdrachtgever en aannemer op en moet dus de aangiften van contracten bij de RSZ doen. Zij moeten dus ook waar nodig de inhouding van 35% waaraan hun onderaannemer(s) is (zijn) onderworpen controleren, uitvoeren en doorstorten.
  • De onderaannemer is de onderneming die een overeenkomst aangaat met de opdrachtgever/aangevende aannemer. Voor de toepassing van de inhouding op facturen wordt deze onderaannemer aannemer ten opzichte van de volgende onderaannemer. Hij moet dus waar nodig de inhouding van 35% waaraan zijn onderaannemer(s) is (zijn) onderworpen controleren, uitvoeren en doorstorten.
  • De klanten van het bedrijf zijn uitgesloten van het toepassingsgebied van de wet.

Aangiften van contracten beheren

Elke opdrachtgever – aangevende onderneming doet een enkele globale aangifte bij de RSZ. De RSZ kent aan deze aangifte een identificatienummer toe. De tussenkomst van de onderaannemers wordt telkens aan deze globale aangifte toegevoegd.

Referentie

Artikel 30bis en 30ter van de wet van 27 juni 1969, Bericht aan de aannemers van sommige werken .pdf - Nieuw venster